English version, click here: English
Vandaag wou ik jullie vertellen dat ik opgemerkt heb dat er ruimte zit tussen gedachten, tussen waarnemingen. Ik zal meteen maar zeggen dat ik dit zelf bedacht heb.
Want om te kunnen opmerken dat er zoiets als ruimte zit tussen mijn gedachten en mijn waarnemingen moet ik al wel weer een beeld hebben van zoiets als 'ruimte' . En ruimte is naar mijn inziens iets illusionairs, het bestaat éigenlijk niet. Maar goed, zo verzand ik al snel in het praten over niets en kan ik wel weer kappen met deze blog.
Toch wou ik het voor nu wel even serieus nemen, dit 'zien' van ruimte. Het heeft namelijk nogal wat consequenties. Het geeft mij ervaringen alsof ik flarden waarneem. Flarden van vormen, van het bestaan zelf. Iets beeldender om je er iets bij te kunnen voorstellen: Ik hoor mijn dochters met elkaar kakelen ( of kinderen uit mijn klas) en tijdens het luisteren naar die gesprekken zie ik openingen, openingen tussen hun reacties op elkaar, openingen tussen mijn gehoor: ik hoor ze spreken en ik hoor even niks, ik hoor ze spreken en ik hoor even niks. Dat geldt ook voor het zien: ik zie een gestalte en ik zie even niks, ik zie een gestalte en ik zie even niks. Dat 'niks' zien moet wel 'iets' zijn, en in mijn verbeelding is het wit. Een wit ballonnetje. Dat is het beeld dat ik maak van 'niks'. Een leegte.
Ja, okay, je mag alweer afhaken, maar er is nog iets interessants hier aan. Hetzelfde geldt namelijk voor het ervaren van pijn. Fysieke pijn is nu even het duidelijkste voorbeeld: als ik veel pijn heb (bijvoorbeeld zoals laatst erge kiespijn), dan ervaar ik dat die pijn er soms niet is. Er is pijn, weg pijn, er is pijn, weg pijn. Heel vreemd. Maar ik heb er een verklaring voor bedacht. Ik heb iets bedacht voor mijn bedachte leegtes, de tussenruimtes. De verklaring is dit: ik ben niet dat wat ik waarneem, ik ben dat wat ziet.Dat wat ziet dat waarneemt, sterker gezegd.
Dat is een scheiding, een eindeloze scheiding. Dat doe ik expres, want als ik nu ga beweren dat ik éigenlijk ook datgene ben wát ik waarneem, inclusief de waarnemer zélf, dan ben ik weer de hond die achter zijn eigen staart aanzit. En eigenlijk ben ik dan ook die hond. Inclusief staart natuurlijk.
Okay, genoeg geluld tegen jou welke mijzelve is, ik heb het liedje al her en der gedeeld, het is volgens mij mn allermooiste song tot nu toe. En guess what, het is voor JULLIE!
Klik op deze link:
Vandaag wou ik jullie vertellen dat ik opgemerkt heb dat er ruimte zit tussen gedachten, tussen waarnemingen. Ik zal meteen maar zeggen dat ik dit zelf bedacht heb.
Want om te kunnen opmerken dat er zoiets als ruimte zit tussen mijn gedachten en mijn waarnemingen moet ik al wel weer een beeld hebben van zoiets als 'ruimte' . En ruimte is naar mijn inziens iets illusionairs, het bestaat éigenlijk niet. Maar goed, zo verzand ik al snel in het praten over niets en kan ik wel weer kappen met deze blog.
Toch wou ik het voor nu wel even serieus nemen, dit 'zien' van ruimte. Het heeft namelijk nogal wat consequenties. Het geeft mij ervaringen alsof ik flarden waarneem. Flarden van vormen, van het bestaan zelf. Iets beeldender om je er iets bij te kunnen voorstellen: Ik hoor mijn dochters met elkaar kakelen ( of kinderen uit mijn klas) en tijdens het luisteren naar die gesprekken zie ik openingen, openingen tussen hun reacties op elkaar, openingen tussen mijn gehoor: ik hoor ze spreken en ik hoor even niks, ik hoor ze spreken en ik hoor even niks. Dat geldt ook voor het zien: ik zie een gestalte en ik zie even niks, ik zie een gestalte en ik zie even niks. Dat 'niks' zien moet wel 'iets' zijn, en in mijn verbeelding is het wit. Een wit ballonnetje. Dat is het beeld dat ik maak van 'niks'. Een leegte.
Ja, okay, je mag alweer afhaken, maar er is nog iets interessants hier aan. Hetzelfde geldt namelijk voor het ervaren van pijn. Fysieke pijn is nu even het duidelijkste voorbeeld: als ik veel pijn heb (bijvoorbeeld zoals laatst erge kiespijn), dan ervaar ik dat die pijn er soms niet is. Er is pijn, weg pijn, er is pijn, weg pijn. Heel vreemd. Maar ik heb er een verklaring voor bedacht. Ik heb iets bedacht voor mijn bedachte leegtes, de tussenruimtes. De verklaring is dit: ik ben niet dat wat ik waarneem, ik ben dat wat ziet.Dat wat ziet dat waarneemt, sterker gezegd.
Dat is een scheiding, een eindeloze scheiding. Dat doe ik expres, want als ik nu ga beweren dat ik éigenlijk ook datgene ben wát ik waarneem, inclusief de waarnemer zélf, dan ben ik weer de hond die achter zijn eigen staart aanzit. En eigenlijk ben ik dan ook die hond. Inclusief staart natuurlijk.
Okay, genoeg geluld tegen jou welke mijzelve is, ik heb het liedje al her en der gedeeld, het is volgens mij mn allermooiste song tot nu toe. En guess what, het is voor JULLIE!
Klik op deze link:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten